DE Bijlmer is gebouwd op... water

Oppervlaktewater

Het oppervlaktewaterstelsel in de Bijlmermeerpolder bestaat uit een drietal watergangen met een west oost oriëntatie. In het overgrote deel van de polder wordt een peil van NAP-4,2 m gehandhaafd. In de Bijlmerweide wordt het peil gehandhaafd op NAP-3,5 m. Het gemaal bevindt zich aan de oostzijde zodat het water over het algemeen van west naar oost stroomt.

Grondwater

Het grondwater bevindt zich in de zandlaag die destijds ten behoeve van het bouwrijp maken van de polder is aangebracht. Onder deze zandlaag bevinden zich holocene veen- en kleiafzettingen die een voor het grondwater slecht doorlatende laag vormen. De laag wordt dunner in zuidoostelijke richting. Onder de holocene afzettingen bevindt zich het eerste zandpakket. In het noordelijke deel van de Bijlmermeer ligt onder deze eerste zandlaag een kleilaag, die in de rest van het gebied ontbreekt. Het iets brakke kwelwater borrelt uit grote diepte over het algemeen rustig naar boven om in de zandlaag terecht te komen. Bij de grote vijver in het zuidelijk deel van het Nelson Mandelapark komt de kwel niet in de zandlaag maar zichtbaar naar boven. Dat is vooral goed te zien op de bijgaande foto's. Op de foto linksboven zou je je af kunnen vragen waarom het voorliggende deel van de vijver niet is bevroren. We zien ook een duidelijke stroom in het water, en als we inzoomen, dan zien we op de foto daaronder de plek waar de kwel naar boven komt. Het zandpakket vormt het eerste watervoerende pakket.
De stijghoogte in het eerste watervoerende pakket ligt boven het polderpeil en dat is goed te zien aangezien het peil in de vijver op NAP-4,20 m ligt en het water er duidelijk bovenuit borrelt. Soms, zoals een paar jaar geleden spoot het water zeker een meter de hoogte in.

In een groot deel van het gebied is sprake van kwel. De mate van kwel wordt bepaald door het verschil tussen de stijghoogte en de grondwaterstand of tussen het waterpeil en de hydraulische weerstand De hydraulische weerstand neemt af in zuidoostelijke richting.
In het watervoerende pakket zit, in een groot deel van de polder, water met hoge chlorideconcentraties. Dit brakke water komt ten gevolge van de kwel ook in het ondiepe grondwater en de watergangen terecht. Het water uit zowel het freatische als het watervoerende pakket is relatief rijk aan nutriënten (stikstof en fos- faat) en hard.

Waterbalans en stroming (oppervlaktewater en grondwater)

Uit de analyse van het oppervlaktewatersysteem blijkt dat het gemiddelde waterbezwaar circa 3,6 mm/dag is. De maximale hemelwateraanvulling is 1,5 mm/dag, hetgeen voor de Bijlmermeer gemiddeld tot een waarde van ongeveer 0,8 tot 1,0 mm/dag leidt. Dit betekent dat de kwel vanuit het watervoerende pakket aanzienlijk is (meer dan 2,5 mm/dag) De totale gemiddelde dagelijkse kwel bedraagt daarmee voor de gehele Bijlmerringpolder circa 15.000 kubieke meter per dag. Het meeste naar boven komende kwelwater zien we niet. Er is dus altijd stroming en afsluiting van de kwel in de vijver van het Nelson Mandelapark door het zanddepot van IXAS betekende dus ook direct een overstromende vijver, iets wat gelukkig snel hersteld is in december 2016.

Op het moment van dit schrijven (20 januari 2017) is de grondwaterstand in de omliggende wijken extreem hoog en de kwel zeer aktief. Op de foto links is dat duidelijk zichtbaar. Het is de vraag of de hoge grondwaterstand te wijten is aan de kwel of gewoon aan de regenval.